Knuffelen, knuffelen, knuffelen…
17 februari 2016
Het leren schrijven kan best lastig zijn en is iets waar kinderen en leerkrachten op de basisschool regelmatig mee worden geconfronteerd. In de kleutergroep worden kinderen spelenderwijs voorbereid op het echte schrijven. In groep 3 is dat het “beginnende schrijven” en in groep 4 het “aan-elkaar-schrijven“. Bij de meeste kinderen lukt het om deze steeds moeilijker wordende taak goed onder de knie te krijgen. Bij een aantal van hen zien we echter moeilijkheden ontstaan met schrijfhouding, het handschrift, het vormen van de letters, het op de lijn schrijven, met de volgorde van de letters, met de concentratie enz. Kinderen worden keer op keer aangespoord om netter en beter op de lijntjes te schrijven. Ze willen wel, maar kunnen het gewoonweg niet.

Wat heeft een kind nodig om tot schrijven te komen?
Om tot schrijven te komen hebben we meer nodig dan de juiste leeftijd, motivatie, geduld, een goede leerkracht, een goede pen en een stuk papier. Hieronder een aantal functies die goed ontwikkeld moeten zijn om uiteindelijk tot goed schrijven te kunnen komen. Ontbreekt hier iets aan dan wordt het een hele uitdaging.
• Evenwicht en balans
Om goed te leren schrijven is het nodig dat een kind een goede houding aan tafel kan aannemen en volhouden. Dit lukt zodra het kind een goed gevoel van evenwicht en balans heeft en in staat is, zonder al te veel inspanning, zijn schrijfhouding vast te houden. Onvoldoende rust en stabiliteit van het lichaam belemmeren de verschillende, ingewikkelde handelingen van de hand, vingers en arm om tot goed schrijven te komen.
• Spierspanning
Om de goede schrijfhouding op te bouwen en vast te kunnen houden moet een kind een goede spierspanning kunnen opbouwen. Een kind dat een lage spierspanning heeft, heeft meer moeite om de houding langer vol te houden en zakt na enige tijd in elkaar of glijdt scheef weg. Een kind met verhoogde spierspanning zit te gespannen op de stoel, wiebelt in onze ogen onnodig veel en houdt de pen te krampachtig vast. Dit is niet alleen lastig, maar ook heel vermoeiend.
• Lateralisatie
Dit is de fase in onze neuro-motorische ontwikkeling waarbij de linker- of rechter hersenhelft zijn dominantie of specialisatie krijgt. Een kind wordt zich rond zijn 6de levensjaar bewust van het feit dat het 2 verschillende lichaamshelften heeft. Voor die tijd zitten ze in de zogenaamde symmetrische fase. Het kind gebruikt zijn beide handen en voeten ongeveer evenveel. Het lateralisatieproces moet goed doorlopen worden, omdat dit een voorwaarde is voor de verfijning van de motoriek, dat van belang is voor het schrijven, maar ook helpt in de ontwikkeling van de ruimtelijke oriëntatie.

• Lichaamsbesef en oriëntatie in tijd en ruimte
Om de vorm en volgorde van letters goed te kunnen reproduceren heeft een kind enig inzicht in zijn lichaam nodig, net als een juiste oriëntatie in tijd en ruimte. Is een kind niet goed in staat om de vorm visueel vast te leggen in het visuele geheugen dan wordt het lastig om hem “uit het hoofd” op een papier te schrijven. Heeft een kind moeite met ruimtelijke begrippen als naast, boven, onder, enz., dan kan dit bijvoorbeeld leiden tot spiegelen en/of omkeringen van de letters of het niet op de lijntjes kunnen schrijven. Als een kind moeite heeft met links en rechts, eerste en laatste, dan is het lastig om de letters of cijfers in de juiste vorm en volgorde op te schrijven.
• Oog-, handcoördinatie
Om de pen goed te kunnen sturen, om de letters op papier te krijgen, moeten de ogen de handen goed kunnen aansturen. Dit aansturen van de handen kan belemmerd zijn doordat de ogen bijvoorbeeld niet goed samenwerken. Als zich een probleem op dit gebied voordoet heeft het kind vaak ook moeite met het vangen en gericht gooien van een bal. Grote kans dat het kind ook veel last van hoofdpijn heeft en het tijdens het schrijven en tekenen vaak dicht op het papier zit. Het netjes op een lijntje schrijven is ook lastig, omdat door de verminderde samenwerken van de ogen deze lijn niet op de juiste manier ervaren wordt.
Hoe kan reflexintegratie helpen bij schrijfuitdagingen?
Bij kinderen die kampen met leer-, motorische en/of gedragsuitdagingen, zie ik in de praktijk dat één of meerdere primaire reflexen vaak nog actief of niet ontwikkeld zijn. Dit geldt dus ook voor moeilijkheden bij het leren schrijven.

Om tot een goede ontwikkeling van de eerder genoemde functies te komen, is het erg belangrijk dat de Asymmetrische Tonische Nekreflex, één van de primaire reflexen, goed geïntegreerd is.

Deze reflex is al vroeg in de zwangerschap aanwezig en helpt o.a. de baby om geboren te worden. Na ongeveer 6 maanden na de geboorte zal deze reflex geïntegreerd (niet meer actief) moeten zijn.

De reflex is bij een baby zichtbaar als het zijn hoofd draait. Wanneer het hoofd naar één kant gedraaid wordt, zullen de ledematen aan dezelfde kant zich strekken, maar aan de tegenovergestelde zijde van het lichaam juist buigen (zie afbeelding).
Nu kunt u zich misschien voorstellen dat wanneer een geboorte anders verloopt dan normaal, bijvoorbeeld door een keizersnede, het een behoorlijke klus is om deze reflex goed af te ronden. De baby heeft immers deze reflex niet of niet juist doorlopen.
Nu de link met het (leren) schrijven……
Wanneer de ATNR actief blijft is er een grote kans dat er o.a. moeilijkheden in het beleven van links en rechts van het lichaam ontstaan, er minder besef is van een “middenlijn van het lichaam”, er een minder ontwikkelde oog-, handcoördinatie is, en er moeilijkheden met betrekking tot aandacht en geheugen zijn. Kinderen met een nog actieve ATNR zijn o.a. te herkennen aan het scheef zitten op een stoel, het op hun benen zitten of het klemmen van een been om de stoelpoot. Op deze manier zijn ze aan het compenseren, en lukt het hun beter om het lichaam onder controle te houden. Het levert, ten aanzien van het schrijven, echter erg weinig op.

Toch is bovenstaande heel logisch te verklaren. Wanneer het hoofd namelijk gedraaid wordt, heeft het lichaam de neiging om de armen en benen aan dezelfde kant te strekken en aan de tegenovergestelde zijde te buigen.
Zit het kind dus aan een tafeltje, misschien schuin ten opzichte van de juf of het bord, en moet het iets over- of opschrijven, dan laat het lichaam dit maar moeilijk toe. Bij beweging van het hoofd wil de arm strekken, wil het been strekken, ontstaat er onrust in het lichaam. Het kind moet heel erg zijn best doen om de woorden netjes, leesbaar op papier te krijgen.
Gevolg: Gefrustreerd raken, druk worden, wiebelen op de stoel, hoofdpijn, droge ogen, “gemopper” van de juf en papa en mama enz., en uiteindelijk niet het nette handschrift wat iedereen van het kind verwacht.
Compenseren houdt een lichaam echter niet vol. Het zorgt helaas alleen maar voor nog meer stress in het lichaam. Hoewel we dit compenseren redelijk lang vol kunnen houden, zal het lichaam op een gegeven moment gaan protesteren, door bijvoorbeeld lichamelijk ongemakken, gevoelens van (faal)angst en onzekerheid of, op latere leeftijd, een Burn-Out.
Door samen met een MNRI© behandelaar te werken aan de ATNR, en mogelijk andere reflexen, kan er alsnog geïntegreerd worden, zonder dat er zware therapie of vervelende medicatie aan te pas komt. De behandeling is puur natuur, omdat het eigen lichaam het werk doet. Bent u op zoek naar een MNRI-behandelaar bij u in de regio, of wilt u meer informatie over de Masgutova Neuro-sensoMotorische Reflex Integratie-methode, dan verwijs ik u graag naar www.masgutovamethode.nl. Voor aanvullend wetenschappelijk onderzoek, achtergronden, ontwikkelingen en ervaringen kunt u terecht op de officiële Engelstalige website, www.masgutovamethod.com



Margreet Leeflang-Wobbes

Hoe “mooi” (leren) schrijven gewoon lastig kan zijn

Comments are closed.