Hands Supporting Reflex

Moeite met grenzen aangeven, bewaken of aanvoelen? Moeilijk “nee” kunnen zeggen en makkelijk toegeven? De ander op afstand houden en minder toegankelijk zijn? Hier is o.a. een actieve of niet goed ontwikkelde Hands Supporting Reflex verantwoordelijk voor.

De Hands Supporting is een primaire reflex en is al rond de 12de week in de baarmoeder aanwezig. Na de geboorte is hij zo’n 6 maanden actief en zal in de 6de maand geïntegreerd raken in het hele motorische bewegingssysteem. Het is namelijk een reflex waar we ons hele leven gebruik van maken. Het is letterlijk een reflex die ons zal moeten beschermen in geval van nood. Vrij vertaald is het namelijk de “Hand Ondersteunende Reflex”. Bij het kleine baby’tje is hij zichtbaar als je het onder de oksels/in de zij optilt en vasthoudt. Als je het dan iets voorover beweegt, met het gezicht naar voren, zal het zodra het dicht bij de ondergrond komt z’n armpjes naar voren strekken en het zich met geopende handen opvangen. Je snapt waarschijnlijk waarom dit een reflex is die ons hele leven op de achtergrond aanwezig moet blijven.
Wanneer we op een wankele ondergrond lopen, struikelen en vallen zullen we onze val moeten opvangen door deze Hands Supporting Reflex, om onszelf te beschermen tegen (groter) fysiek letsel.
In de periode dat kinderen gaan kruipen wordt er groot beroep gedaan op deze Hands Supporting. Het kind zal z’n armpjes en handjes stevig genoeg op de grond moeten zetten om het hoofd rechtop te kunnen houden en niet keer op keer op z’n neus te vallen. De ellebogen zullen voldoende veerkracht moeten geven om schokken te kunnen absorberen. Hier wordt dus hard gewerkt aan een gezonde balans tussen té gespannen en té ontspannen.
Wanneer HS reflex niet goed ontwikkeld, zal er met name passiviteit ontstaan wat de volgende kenmerken kan geven:
- Een val niet opvangen en gewond raken, waardoor met name letsel ontstaat aan het gezicht en het hoofd.
- Moeite met aangeven en bewaken van je grenzen, té meegaand zijn
- Verminderd zelfvertrouwen, onzeker zijn
- Moeite met ruimtelijk inzicht (waar ben ik ten opzichte van de ander of een object)
- Pestslachtoffer
- Leerproblemen door moeite met informatieverwerking
- Gedragsproblemen door moeite met informatieverwerking
- Kenmerken van ASS
- Moeite met “baas over eigen lijf”.
- Teruggetrokkenheid
- etc.
Wanneer deze reflex te actief blijft, kan iemand “té” reageren wat de volgende kenmerken kan geven:
- Agressiviteit, kort lontje
- Afstandelijkheid
- Fysiek in contact naar anderen, aanrakerig (bijvoorbeeld kinderen die in de gang van school altijd anderen een duw moeten geven of even aan moeten raken)
- Té extreem reageren op de mening of gedrag van een ander
- (Extreme) koppigheid, standvastigheid
- Extremen opzoeken
- Moeite met het aanvoelen van grenzen van anderen, snel te ver gaan of te lang doorgaan
- Pesten
- Leerproblemen door moeite met informatieverwerking
- Gedragsproblemen door moeite met informatieverwerking
- Kenmerken van ADHD en OCD
- etc.
Het is een kunst om in bovenstaande een gezonde balans te hebben en te vinden. We hebben allemaal wel situaties waarin we wat minder zeker van onszelf zijn en situaties waarin we meer voor onszelf op komen. Dit is normaal en gezonde zolang het je niet beperkt en jou of de ander niet schaadt.
Letterlijk op je neus vallen, omdat jij je val niet opvangt, is niet alleen pijnlijk, maar kan vooral ook nog eens gevaarlijk zijn. Gepest worden, omdat men makkelijk over jouw grens kan gaan, heeft een leven lang effect op je. Kom je altijd net iets te dicht bij de ander, dan heb je grote kans dat je er altijd door de juf of meester uitgepikt wordt en weer afgezonderd en toegesproken wordt. Als je snel uit haalt, als iemand voor je gevoel te dicht bij je komt, heb je kans dat je de ander pijn doet en je geïsoleerd raakt. Grote kans dat je niet snapt waarom het altijd jóu niet lukt of overkomt……..